Mirte's verhaaltjes uit Oeganda

Het leven van een mazungu in Oeganda

Deze week helaas niet zo'n spannende verhalen als vorige keer, want ik heb geen gekke dingen gedaan zoals raften, maar deze week ben ik dan aan mijn stage begonnen.

Op maandag heb ik kennis gemaakt met een aantal medewerkers van IITA waarmee ik de komende 9 weken samen ga werken. IITA is een onderzoekscentrum naar tropische landbouw en heeft vestigingen in heel Afrika.

Dinsdag begon m'n stage dan echt en ben ik begonnen met vooronderzoek doen naar de black coffee twig borer, de pest waar ik deze stage voornamelijk mee zal gaan werken. De black coffee twig borer is een kever, deze kever is een serieuze pest die in Oeganda een groot deel van de koffieplantages verpest. Het onderzoek waarvoor ik veldwerk ga doen gaat over verschillende vallen en verschillende lokvloeistoffen om deze kever te vangen en zo de pest onder controle te krijgen..

Na drie dagen op kantoor zitten zijn we vrijdag naar een onderzoekscentrum in Mukono geweest waarmee IITA vaker samenwerkingen heeft gehad. De bedoeling is dat we hier met een professor gaan praten over hoe we ons onderzoek het beste op kunnen zetten, maar hij blijkt toch geen tijd voor ons te hebben.. Gelukkig hebben we niet voor niks anderhalf uur in een auto gezeten en is er iemand anders die ons het onderzoekscentrum laat zien. Het onderzoekscentrum bestaat uit een heel groot stuk land waar allemaal proefveldjes met voornamelijk cacao en koffie staan. Maandag gaan we weer terug om met de professor te praten, want dan heeft hij wel tijd voor ons (zegt hij, ik ben benieuwd), en gaan we als hij goedkeuring geeft onze verschillende vallen uitzetten.

Verder is het leven in Oeganda, zoals ik wel had verwacht, heel anders dan het leven in Nederland.

Het weer is over het algemeen goed, maar af en toe kan het fiks regenen. Deze regen is dan even heel flink maar blijft gelukkig niet lang hangen en wordt alweer snel door de zon vervangen.

Ook het eten is hier heel anders dan gewend. Voor het ontbijt had ik in de supermarkt een brood en een pot pindakaas gekocht, maar beide zijn helaas niet zo lekker als dat het thuis is. Wel heb ik een soort van bakkertje ontdekt waar ik 's ochtends op weg naar het werk langs af loop en waar ze hele lekkere broodjes en andere baksels verkopen. Elke keer als ik daar iets haal koop ik weer iets waarvan ik niet weet wat het is en is het dus weer een verrassing of het lekker gaat smaken. Tussen de middag wordt de grootste maaltijd van de dag gegeten en die bestaat uit verschillende dingen. De basis is meestal een combinatie van matooke, cassave, rijst, posho en zoete aardappelen. Matooke is hele stevige bananenpap en posho is stevige maïspap. Naast deze basis dingen is er meestal de keuze tussen witte bonen, aardnoten, kip, bief en af en toe vis.

Ook aan de porties die hier worden gegeten moet ik nog steeds wennen, wat eten die mensen veel zeg! Ik krijg meestal de helft nog niet op, en dan zit ik 's avonds nog zo vol dat ik als avondeten alleen nog maar wat fruit neem.

Verder is het leven niet heel duur in Oeganda, alleen denken de Oegandezen volgens mij dat alle mazungu's, blanke mensen dus, lopende geldmachines zijn. In veel winkeltjes staat er geen prijs op de artikelen dus moet je dit aan de verkoper vragen, en omdat ik blank ben zit de kans er dus in dat ze vaak twee keer zo veel vragen dan dat de eigenlijke prijs is. Daarom moet je hier gaan onderhandelen over de prijs, wat nog steeds heel gek voelt. In Nederland is de prijs gewoon de prijs en betaal je het of koop je het artikel niet. Hiet moet je over alles in discussie gaan als je niet te veel wil betalen en dan nog betaal je volgens mij meer dan de lokale mensen, achja het is niet anders.

Vrijdagavond zijn we met een aantal studenten uit geweest. Op stap betaal je 3000 shilling voor een halve liter bier, wat overeenkomt met €0,81, niet heel erg veel dus. Helaas is ook mijn lichaam nog niet zo gewend aan het eten in Oeganda en heeft, ondanks dat ik voorzichtig heb gedaan met wat ik eet en wat ik drink, de welbekende reizigers buikgriep me getroffen. Toppie! Niet zo veel biertjes voor mij dus die avond.

Verder ben ik benieuwd wat de volgende week me gaat brengen. Ik hoop op een positief gesprek maandag want dan mogen we onze proef uit gaan zetten en mag ik eindelijk voor een langere tijd het veld in!

Daar ga ik dan

Daar ga ik dan, na een paar lastige dagen van afscheid vertrek ik op donderdagavond van Düsseldorf naar Dubai en van Dubai door naar Entebbe. De reis verliep prima, ik had in beide vliegtuigen drie stoelen voor mezelf aangezien de vluchten niet vol waren geboekt, dus ik kon lekker languit liggen en heb zelfs wat kunnen slapen. In Dubai had ik drie en een half uur overstaptijd, waarvan ik ongeveer een uur heb gebruikt om van de ene kant van het vliegveld naar de andere kant te komen, waar mijn volgende vliegtuig zou gaan vertrekken. Ook de tweede vlucht verliep prima en eenmaal aangekomen in Entebbe begon het dan echt. Eerst heb ik zo’n uur bij de douane in de rij gestaan, toen moest ik mijn koffer nog gaan zoeken. Overal op het vliegveld staan Oegandezen die op je afkomen om een taxirit aan te bieden, maar gelukkig had het bedrijf een taxi gestuurd die netjes met een blaadje met mijn naam op me stond te wachten.

Dus bagage gevonden, taxi gevonden, op naar Kampala, de stad waar ik zal gaan werken en ook zal verblijven. De taxichauffeur zei: you can sit in de front, maar toen ik wilde instappen begon hij te lachen. Oh, wil je zelf rijden? Ohja, ze rijden hier links op de weg dus het stuur zit natuurlijk ook aan de andere kant. Ik ben vlug aan de andere kant ingestapt en Josh bracht me naar Kampala.

Wat ben ik blij dat ik hier niet hoef te rijden.. Voor de mensen die zeggen dat ik een scheurneus ben, en ja dat hoor ik vaak, kom voor de grap hier eens kijken. Wat een chaos. Verkeersregels kennen ze hier niet geloof ik, net als op verschillende banen rijden en je aan de snelheid houden. Inhalen doe je gewoon door een keer te toeteren en te gaan, je tegenligger moet maar weer voor je uitwijken. Ook zitten de wegen vol met gaten en bulten dus een heel comfortabele rit heb ik niet gehad. Gelukkig was het uitzicht prachtig dus heb ik me daar op kunnen focussen.

Eenmaal aangekomen in Kampala vraagt Josh of ik moe ben, nee niet echt hoezo? Nou dan gaan we meteen door naar het kantoor. Dus wij vlug langs mijn huisje, tassen afgooien, en meteen weer door naar kantoor. Ik dacht dat ik op het kantoor te horen zou krijgen wat ik precies zou gaan doen en wat de bedoeling allemaal was, maar eenmaal daar bleek er een feestje en een barbecue aan de gang te zijn. Ik wordt meteen aan iedereen voorgesteld en krijg een korte rondleiding door het kantoor. Op deze barbecue ben ik erachter gekomen dat ze hier heel erg houden van speechen en dat ik nog een beetje moeite heb met het verstaan van het Engels met een zwaar Oegandees accent, maar dat went wel heb ik gehoord. Ik heb dus zo’n twee uur zitten luisteren naar speeches waar ik maar de helft van heb verstaan, maar ik heb wel lekker gegeten.

Na de barbecue brengen twee medestudenten me naar het compound waar ik ga wonen en onderweg stoppen we even bij de supermarkt waar ik wat inkopen doe voor de eerste dag. Het compound is ongeveer 15 minuten lopen, bergaf. Dit betekend dus dat het ongeveer 20 minuten bergop is elke ochtend als ik naar het kantoor moet, maar dat went ook heb ik gehoord. Het compound waar ik verblijf zijn zeven tweepersoons huisjes omringd door een muur en met een gezamenlijk binnenplaatsje. De poort wordt bewaakt door Vince, die ook de was doet tegen een kleine vergoeding.

De volgende dag ontmoet ik mijn huisgenootje Lusha, samen met haar ga ik de stad in om wat dingetjes te kopen en vooral om een simkaart en internet te kopen zodat ik weer bereikbaar ben, in Oeganda maar ook in Nederland

Smile
. Lusha laat me allerlei leuke winkeltjes zien en ook zijn we lekker wezen lunchen. Om in de stad te komen ga je met een busje, de matatu’s, die een vaste route rijden maar geen vaste tijden hebben. In deze busjes worden zo ongeveer 15 mensen gepropt en je betaalt 500 Shilling, wat ongeveer overeenkomt met 13 eurocent. Naast de matatu kan je ook kiezen voor een soort van brommer taxi, boda’s. Boda’s gaan over het algemeen veel sneller dan de busjes omdat zij makkelijk door het verkeer heen komen, maar ik vind het op het eerste opzicht maar een beetje eng om zomaar bij iemand achterop te stappen die door het verkeer heen scheurt. Terug bij het compound heb ik even gefacetimed met het thuisfront en hebben we met alle studenten die daar zitten samen wat gegeten. Ik ben ik redelijk vroeg naar bed gegaan omdat ik de volgende ochtend weer vroeg op moest.

Zondagochtend ben ik rond half 7 met Lusha naar Jinja gegaan om te gaan raften. Er reden verschillende shuttle busjes van Kampala naar Jinja, die ons afzette bij de raft organisatie. In Jinja kregen we uitleg en vanuit hier gingen we met een ander busje richting de Nijl. We gingen hier samen met drie zespersoons boten, een ‘safe boot’, een aantal kleine kajakken en een kleine ‘extreme rafting boat’ het water op en hebben ongeveer vijf uur gevaren. In deze vijf uur waren er tien grote afdalingen en zijn we zo’n drie keer flink hard omgekieperd. Bij een afdaling moesten we stoppen met paddelen, het touw aan de boot vasthouden en proberen vast te blijven houden als de boot omviel. Dit lukte mij natuurlijk niet, maar gelukkig waren hier de kajaks voor, zij kwamen me redden. Na twee keer uit de boot gekieperd te zijn kwam ik toevallig terecht op de safe boot waarmee ik twee afdalingen heb gedaan en heb ik lekker van het uitzicht genoten en gekeken hoe alle andere boten omvielen. Op een gegeven moment kwam de man van het extreme rafting naar me toe en vond me maar een pussy, hij daagde me uit om een afdaling met hem te doen, en natuurlijk kon ik hier geen nee op zeggen. Nou dat doe ik dus nooit meer, doodeng. Aangekomen bij het eindpunt hebben we lekker met z’n alle gebarbecued en kreeg iedereen een cd’tje met foto’s van het raften. Toen was het weer tijd om terug te gaan naar Kampala en hebben we ongeveer 3 uur in de shuttle terug gezeten. Het was een leuke en doodenge ervaring, ik zit onder de blauwe plekken en ik ben op een paar plekjes flink verbrand. Vroeg naar bed die avond want morgen ga ik naar het kantoor om mijn begeleiders te ontmoeten en meer duidelijkheid te krijgen over het project waar ik aan ga werken!

Wat me ook nog op is gevallen is dat er overal kindjes lopen die bye muzungu roepen, muzungu betekent blanke. Ook zwaaien alle kindjes naar je en zijn ze heel blij als je terugzwaait. Bij het raften was er een stukje waar we niet door konden met de boot dus zijn we een stukje over het land gelopen. Hier stonden allemaal mannen die zonder te vragen selfies met en foto’s van alle blanke meisjes gingen maken, heel erg ongemakkelijk. Hoe ik het tot nu toe vind? Anders. Mooi, leuk, gezellig maar vooral heel anders dan wat je bent gewend daar in Nederland.